Goliath GP900

In de zomer van 1955 presenteerde de fabriek van Hastedter Osterdeich de GP 900 E. Uiterlijk onderscheidde deze auto zich door sierlijsten van de GP 700. Ook dit model was er in verschillende versies. In 1956 verscheen dan ook als doorontwikkeling de GP 900 V met carburatiemotor. Jammer genoeg had ook de GP 900E onder de slechte naam te lijden, die reeds de voorganger geërfd had. Bovendien verkocht, zelfs een opgevoerde 2-takt motor, lang niet meer zo goed als gehoopt werd. De concurrentie was vaak goedkoper en bood hun auto’s met 4-takt motoren aan. Treurig resultaat,, na amper 8000 verkochte voertuigen was het afgelopen. De 2-takt motor was blindelings in een doodlopende straat gereden.

Productie jaren1955-1957
Productieaantal8.194 stuks
ModellenLimousine en combilimousine
ChassisStaal buisraamwerk
CarrosserieStaalplaat
Motortweecilinder / tweetakt met waterkoeling
Cilinderinhoud886 ccm
Vermogen40
Snelheid120 km/h
Leeggewicht920 kg
AandrijvingVier versnellingsbak
Remmenhydraulisch

GP900E

Met deze motoren was niets mis mee maar ze gingen altijd stuk door verkeerd gebruik en onderhoud. De motorcarters van deze motoren waren zoals bij een viertaktmotor, gevuld met motorolie nodig voor de geforceerde smering via een oliepomp van de zuigers, cilinders en krukas. Een Bosch pomp spoot de benzine juist vóór de ontsteking in de verbrandingsruimte (vergelijk met een tweetaktdiesel). Deze tweetaktmotor draaide dus op gewone benzine. Door nu mengsmering te tanken (zoals bij een klassieke tweetakter) ging de motor slechter draaien en dan ging men maar de carburator bijregelen die er niet was en dan maar aan de injectiepomp draaien wat nooit goed kon komen. In die tijd waren er weinig garages waar men zulke pompen konden afregelen; bijna alleen in dieselrevisiebedrijven kon men deze pompen afregelen; de constructie en werking was tenslotte hetzelfde als bij de diesel-lijnpompen.

Ook slaagde men er in om zonder olie in het carter op mengsmering trachten te rijden zoals bij een klassieke tweetakter waarna de motor natuurlijk na een honderdtal meter vastliep.

Deze motor was te verfijnd (onbegrepen) en zijn tijd ver vooruit en was absoluut niet vervuilend zoals de klassieke tweetakter.

Door het toepassen van een injectiepomp was het geheel te duur en mede door de concurentie in het segment heeft men dit tweetaktproject moeten verlaten en is dan overgestapt op een toch weer niet conventionele motor, een watergekoelde viercilinder boxer (Borgward en motoren!). De constructie van de m.i. enige tweetaktmotor met benzineinjectie die ooit in personenwagens werd toegepast nam hier een einde.

Met dank aan H. Thys, Belgie